De druiven voor deze wijn groeien in de hoogste wijngaarden van Colomé. De Altura Máxima-wijngaarden liggen op zo’n 3000 meter hoogte. De weersomstandigheden zijn hier extreem: de vorst gaat tot laat door in het voorjaar en start vroeg in het najaar. Daarom plant Colomé hier druivenrassen aan met een korte rijpingscyclus, zoals de sauvignon blanc. De felle zon en de grote temperatuurverschillen tussen dag en nacht zorgen voor door en door rijpe druiven, die toch hun frisheid behouden. De bodem is arm en rotsachtig, maar rijk aan mineralen dankzij de aanwezigheid van vulkanisch gesteente. De opbrengst in deze wijngaard is klein, maar de druiven hebben een bijzondere complexiteit en concentratie.

Het grootste deel van de wijn vergist in roestvrijstalen vaten, maar 25% van de wijn vergist in gebruikte houten vaten. Voor het blenden rijpt de wijn een paar maanden op de lies (dode gistcellen) waardoor hij een rond en complex karakter opbouwt. De neus is complex, met uitbundige aroma’s van wit en exotisch fruit, bloesem, mineralen en een vleugje kruiden. Fruitig en fris van smaak met tonen van toast en gebrand hout, wat zorgt voor een mooie complexiteit in de wijn. De wijn is vol en elegant met een lange afdronk.